Inleiding

Bestuurlijke hoofdlijnen

Het afgelopen jaar bereidde de gemeente zich voor  op de drie decentralisaties in het maatschappelijk domein;  jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen. De invoering van nieuwe taken ging gepaard met kortingen op het budget. Landelijk kwam een discussie los over de afhankelijkheid van gemeenten van bekostiging door het rijk. Die afhankelijkheid neemt toe, terwijl het tegelijkertijd lange tijd onzeker bleef op welke budgetten gemeenten kunnen rekenen, door de voortdurende onzekerheid over verdeelmodellen.
In 2014 werd ook de beweging om burgers en partijen steeds beter in staat te stellen om zaken zelf aan te pakken in plaats van dat de gemeente dat voor ze doet, verder doorgezet;  ‘van zorgen voor naar zorgen dat’.
2014 was daarnaast voor gemeenten ook het jaar van raadsverkiezingen en een bestuurswisseling.

Financiële opgave ligt op koers
Zaanstad moest tot en met dit jaar € 60 miljoen aan bezuinigingen doorvoeren. De financiële opgave van Zaanstad voor 2014 is met inzet van raad, college, ambtelijke organisatie en partners gerealiseerd. Het realiseren van die bezuinigsopgave ligt goed op schema: 95% is gerealiseerd. Zo’n forse bezuinigingsopgave kan niet onopgemerkt voorbijgaan. Bezuinigen hebben  impact op wat de gemeente kan doen in de stad. Ondanks de bezuinigingen zijn in 2014nieuwe initiatieven ontstaan, is er veel  bereikt en zijn er goede prestaties. In deze jaarrekening zijn daarvan veel voorbeelden te zien.

Zaanstad heeft maatregelen getroffen om de financiële houdbaarheid van de gemeentelijke begroting te vergroten; onder andere  door financiële risico’s weg te nemen. De afhandeling van de bouw van het Stadhuis, de uittreding van de gemeente uit de GEM Saendelft, het sluiten van het onderhandelaarsakkoord Nauerna en een anterieure overeenkomst voor Kreekrijk hebben hier aan bijgedragen. Verder zijn er voorzieningen voor Hoogtij/ de RON getroffen. Zaanstad heeft voldoende buffer voor de uitvoering van haar nieuwe taken gereserveerd, door het invoeren van een Algemene reserve Sociaal. De bandbreedte van het weerstandsvermogen is tussen 1,4 en 1,8 gehandhaafd.

De ontwikkeling ‘van zorgen voor naar zorgen dat’ krijgt vorm
De bezuinigingsmaatregelen zijn mede gerealiseerd door de hervormingsagenda, die in 2012 startte en eind 2014 is afgesloten. De resultaten van de hervormingsagenda zijn onder andere zichtbaar op de gebieden Sport, Cultuur en Wijkgericht werken.

  • Sport: In samenwerking met partners heeft de gemeente in 2014 invulling gegeven aan de realisatie van sportaccommodaties en efficiëntere organisatie van de sport. Onder andere met de oprichting van het Sportbedrijf.
  • Cultuur: De overgang naar een nieuwe agenda voor cultuur is gemaakt. Zo startte FluXus als nieuwe netwerkorganisatie. Met De Bieb zijn afspraken gemaakt over een versoberd aanbod, waarin leesbevordering voor jeugd prioriteit krijgt. Er kwamen nieuwe spelregels voor amateurkunst, waarmee meer organisaties en activiteiten worden ondersteund met hetzelfde budget.
  • Wijkgericht werken: Het structurele functioneringsbudget van de wijkorganisaties is gestopt. De (capaciteits)inzet van wijkmanagers is gekoppeld aan de plaatsen in wijken waar dit het meest nodig is. Op veel plekken in de stad zetten bewoners zich actief in om de leefbaarheid en zelfredzaamheid te versterken. Een voorbeeld is de omgeving Westzanerdijk, waar bewoners  een buurtvisie hebben opgesteld en zelf een actieve rol pakken  bij de uitvoering daarvan. Daarnaast zet  Russische Buurt-team  zich in voor de adoptie van groenplekken en de aanpak van vervuiling en overlast.

In het afgelopen jaar werkte de gemeente aan nieuwe manieren om ruimte te creëren voor initiatiefnemers in Zaanstad. De gemeente wil hen in staat te stellen om zaken zelf aan te pakken in plaats van dat de gemeente dat doet. Enkele zichtbare voorbeelden van die ontwikkeling ‘van zorgen voor naar zorgen dat’ :

  • In het maatschappelijk domein zijn werkwijzen vernieuwd om te zorgen dat meer inwoners naar vermogen kunnen meedoen in de samenleving. Dit was onderdeel van de voorbereiding op de decentralisaties. Die verandering zal ook in 2015 en verder nog volop in ontwikkeling zijn. Met het oprichten van elf sociale wijkteams (SWT’s) en vijf jeugdteams (JT’s) is in alle wijken hiervoor de structuur neergezet. De SWT’s en JT’s bieden inwoners ondersteuning dichtbij en op maat, bevorderen dat zij hun eigen kracht inzetten en stimuleren maatschappelijke initiatieven in de wijk.
  • Er is extra budget vrijgemaakt om de verzelfstandiging van buurtcentra en de huisvesting van de sociale wijkteams en jeugdteams te ondersteunen. In vrijwel alle wijken zijn groepen actief betrokken bij de verzelfstandiging van buurthuizen Vooralsnog bleek drie van de vier ton uit de Wmo-reserve die hiervoor beschikbaar is niet aangewend te hoeven worden.
  • In de openbare ruimte komt bewonersparticipatie tot uitdrukking in de aanpak van zwerfafval en in initiatieven voor groenadoptie. Het honderdste contract met een bewonersgroep werd gesloten. Het jaar stond verder in het teken van voorbereiding op omvormingen in de openbare ruimte.
  • In het veiligheidsdomein betrekken professionals bewoners en ondernemers bij handhavingsvraagstukken. Burgerparticipatie komt bijvoorbeeld tot uitdrukking in het horecaconvenant en het Keurmerk Veilig Ondernemen.
  • Op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling zijn de pilots Ruimte geven en het Burenakkoord gestart. Daarin wordt gezocht naar een nieuwe balans tussen ruimte maken voor ontwikkeling en de bescherming van belanghebbenden.
  • De nieuwe visie op dienstverlening en de vernieuwde gemeentelijke website gaan uit van zelfredzaamheid en stellen de klantvraag centraal. Meer producten zijn digitaal beschikbaar. Daarnaast zijn procedures verkort en de regeldruk verminderd. Bijvoorbeeld door van vergunningen naar algemene regels te gaan. Hierdoor wordt het makkelijker voor inwoners en organisaties om initiatieven in Zaanstad uit te voeren.

De organisatie wordt wendbaar
Het Zaanse bestuur en de organisatie hebben flinke stappen gezet om de inzet van de gemeente meer in interactie en in verbinding met inwoners en partners te bepalen. Gelijktijdig met krimp van de organisatie door meerjarige bezuinigingen, zijn reorganisaties ingezet. Drie daarvan zijn afgerond, de vierde staat in de startblokken. Het doel van de reorganisaties is om een wendbare organisatie te vormen, die  flexibel kan inspelen  op vragen en opgaven in de samenleving. Dat Zaanstad hier goed in slaagt blijkt uit de nominatie van Zaanstad als finalist in de verkiezing Overheidsorganisatie van het jaar 2014. Een uitdaging is om er als bestuur en organisatie gezamenlijk voor te zorgen dat de lange termijnontwikkeling niet onder druk komt  te staan, nu de druk op het hier en nu door de krimp relatief hoger wordt.

Zaanstad staat in de startblokken voor nieuwe taken
Zaanstad is er in geslaagd om in korte tijd klaar te zijn voor de implementatie van de decentralisaties. De jeugdteams en sociale wijkteams zijn op tijd aanbesteed, de frontlijn is ingericht en ondersteunende systemen en processen zijn op orde. Landelijk kreeg Zaanstad veel aandacht als één van de gemeenten die voorop lopen in de voorbereidingen.

Dat de organisatie op tijd in de startblokken staat betekent echter niet dat we er al zijn. De veranderingen in het maatschappelijk domein hebben impact op iedereen die betrokken is. In 2014 was dit bijvoorbeeld voelbaar bij het faillissement van Welsaen.
De vrijwillige inzet stijgt, zoals blijkt uit  initiatieven via BUUV en Zaankantersvoorelkaar. Tegelijk neemt de ervaren druk onder mantelzorgers toe van 35% naar 43%. Voor inwoners veranderde met wie en hoe zij samen werken aan hun ondersteuningsbehoefte. Voor de zorgprofessionals verandert er veel in de inhoud en organisatie van hun werk. Dit is voor iedereen wennen.

Als gemeente besteden we daarom veel aandacht aan het delen van ervaringen die betrokkenen opdoen. Samen wordt bekeken  waar verbeteringen mogelijk zijn en waar de gemeente in kan ondersteunen. De gemeente verzorgt bijvoorbeeld een opleidingsaanbod. Lokale en  landelijke media, maar ook collega gemeenten zien Zaanstad als voorbeeld van een gemeente waarin de betrokken partijen samen al doende leren. De verwachting is  dat dit ook de komende jaren onze manier van werken zal zijn, omdat er tijd nodig is voor iedereen om goed in zijn rol te komen. Zaanstad zal zich de komende jaren inzetten voor een goede implementatie  van de decentralisaties en ruimte creëren voor actief burgerschap.

Economie herstelt zich
2014 was mogelijk het laatste crisisjaar. Een voorzichtig herstel van de economie is zichtbaar. Uit de Economische Verkenningen van de Metropool Regio Amsterdam (MRA) blijkt dat de Zaanse economie in vergelijking met andere regio's in de MRA redelijk goed presteert. Voor 2015 is de verwachting dat de Zaanse economie verder gaat groeien.

Het herstel is in Zaanstad zichtbaar in stijging van de woningprijzen en het aantal woningverkopen. Op de markt neemt de belangstelling én het aantal initiatieven voor woningbouw-ontwikkeling toe. Zo lijkt de formule van 'zelfbouw' op de Eilanden een succes. En de realisatie van de nieuwe woonwijk Saendelft is nagenoeg gereed. Na de beëindiging van de deelname van de gemeente in de GEM Saendelft, wordt de wijk nu verder gerealiseerd door de markt.  

In 2014 heeft een aantal bedrijven uitbreiding gerealiseerd en zijn er verschillende nieuwe bedrijven naar Zaanstad gekomen. Voorbeelden zijn: de komst van het AZ-trainingscomplex naar de Zaanstreek, de bouw van een nieuwe penitentiaire inrichting (PI) op Hoogtij en de vernieuwing van het Zaans Medisch Centrum (ZMC). Een aantal bedrijven heeft belangstelling getoond voor een kavel op Hoogtij. De verwachting is dat de trend zal doorzetten en steeds meer bedrijven geïnteresseerd zijn om zich in Zaanstad te vestigen of hier uit te breiden. Hier past nog wel wat terughoudendheid. Bedrijven zijn soms nog voorzichtig. Zo heeft IKEA de gemeente verzocht om de termijn van de goedkeuring in de gesloten anterieure overeenkomst te verlengen.

De arbeidsmarkt loopt traditioneel achter bij het economisch herstel. Wanneer het herstel robuust wordt, zal zich dit ook vertalen in een groei van het aantal banen. Voor het komende jaar is de verwachting echter nog dat de werkloosheid zal toenemen. De dienstverlening van de gemeente om mensen naar werk te begeleiden wordt steeds effectiever en leverde opnieuw een kleine toename van het aantal plaatsingen op werk op. Het effectiever benutten van verplichtingen in het kader van Social Return on Investment (SROI) is een belangrijke impuls om uitstroommogelijkheden te creëren. Ondanks het lichte herstel van de economie en onze inspanningen mensen naar werk te begeleiden, nam het aantal mensen dat een beroep deed op een uitkering toe. Dat maakt dat per saldo het aantal mensen in de bijstand in het afgelopen jaar is gestegen. Zaanstad werkt aan het voorkómen dat mensen in de bijstand komen. Het Onderwijs-achterstandenbeleid is in 2014 succesvol. Het percentage voortijdig schoolverlaters is gedaald van 3,7 naar 2,7%.

Vooruit kijken
De gemeente  wil kansen voor Zaanstad benutten en creëren door mee te liften op het economisch herstel in de Metropoolregio Amsterdam en waar mogelijk het herstel te stimuleren. Bij de begroting was de keuze  om op basis van de positieve vooruitzichten financiële ruimte te maken en iets meer risico te nemen. In de begroting zijn daarvoor voldoende buffers opgenomen. Zaanstad investeert de komende jaren in de groei van het aantal woningen en het versterken van de arbeidsmarkt in Zaanstad. Daardoor moeten verdere bezuinigingen op het voorzieningenniveau worden voorkomen.

Zaanstad neemt initiatief door zelf te investeren, regeldruk te verminderen en andere investeerders te betrekken. De stad komt steeds meer in beweging. Een voorbeeld hiervan is de interesse van ondernemers voor evenementen, zoals Stad aan de Zaan. De uitdaging voor bestuur en organisatie is om deze energie ruimte geven en daar op aan te sluiten.

De Kadernota gaat verder in op initiatieven voor het komende jaar.

Financiën
De jaarrekening toont een batig saldo van € 12,5 mln.  
Bij de laatste bijstelling van de begroting (via de Najaarsrapportage) sloot de begroting met een batig saldo van € 6,1 mln. De belangrijkste oorzaken van dat resultaat waren:

Voordelen

Nadelen

Aanpassing algemene uitkering Septembercirculaire 2014

-4.526

Rentebijstelling

1.180

Vrijval voorziening Onderhoud Vastgoed

-2.360

Afboeking verschil tussen boekwaarde en verkoopwaarde Stadskantoor

789

Bijstelling inkomsten en uitgaven WWB

-712

Lagere legesopbrengsten omgevingsvergunningen

750

Egaliseren vooruitontvangen rijksgelden participatiebudget

-610

Koopkrachttegemoetkoming voor minima

572

Saldo overige voordelen (allen kleiner dan € 0.5 mln)

-4.316

Afwikkeling Welsaen

532

Minder opbrengsten OZB

500

Saldo overige nadelen

895

-12.525

5.218

Bedragen x 1.000

Ten opzichte van de prospectie bij Najaarsrapportage heeft zich richting einde jaar een verdere verbetering voorgedaan van € 6,1 mln. Met name 3 ontwikkelingen die zich manifesteerde na vaststelling van de Narap waren daar debet aan:

Analyse van het resultaat op hoofdlijnen

Saldo Narap

-6,3

Voordelen Jaarrekening

P6: Incidentele bate door complexgewijze omzetting erfpacht naar bloot eigendom (december 2014)

-1,3

Voordeel apparaatslasten a.g.v. vacatureruimte

-1,3

P15: Algemene Uitkering o.b.v. Decembercirculaire

-2,1

Overige mee- en tegenvallers, per saldo

-1,4

Saldo

-6,1

Resultaat 2014

-12,4

Bedragen x € 1 mln.

Ten opzichte van voorgaande jaren kent de ontwikkeling van het resultaat het volgende verloop gedurende het jaar:

Omvang  en ontwikkeling resultaat afgelopen 5 jaren:

Jaar

Gewijzigde Begroting

Rekening

Verschil

2010

1,7

-2,1

-3,8

2011

5,5

-4,5

-10,0

2012

-2,5

-7,2

-4,7

2013

3,3

0,7

-2,6

2014

-6,3

-12,4

-6,1

Bedragen x € 1 mln.

Voor een integraal overzicht van het resultaat per programma verwijzen wij u naar Hoofdstuk 4.1 (Resultaatmodel), terwijl in hoofdstuk 4.2 een uitgebreidere analyse van het resultaat is opgenomen.

Het BBV maakt een onderscheid tussen resultaatbepaling en resultaatbestemming. Alle baten en lasten dienen via de programmarekening te lopen. De gemeente mag geen baten of lasten rechtstreeks in het eigen vermogen muteren.
De mutaties in het eigen vermogen vinden plaats door middel van de resultaatbestemming. Het resultaat vóór bestemming bedraagt € 6.309. Per saldo is via tussentijds besluitvorming (Burap en Narap) reeds € 18.783 extra onttrokken aan de reserves, zodat het uiteindelijke nog te bestemmen jaarresultaat € 12.474 bedraagt. Dit bedrag is afzonderlijk vermeld onder het eigen vermogen in de balans.

De reserves van uw gemeente zijn in 2014 per saldo met € 18.783 afgenomen. Dit komt overeen met het resultaat voor bestemming (zie hierboven).
De omvang van uw reserves bedraagt ultimo 2014 circa 14,8% van het balanstotaal (2013: 12,8%). Ultimo 2014 bedraagt het saldo van deze reserves € 109,6 miljoen (2013: € 97,7 miljoen).
De direct beschikbare weerstandscapaciteit van bedraagt in 2014 € 20,4 mln. en ligt daarmee op het wenselijke niveau volgens de vastgestelde kaders uit de nota Weerstandsvermogen en Risicomanagement.

Voor een nadere duiding van de financiële positie verwijzen wij naar de paragrafen financiële positie, treasury en weerstandsvermogen van deze jaarstukken.

Tot slot zijn wij verheugd met het oordeel van onze toezichthouder inzake het solide financieel beeld over 2014. Dit oordeel is voor het eerst gestegen van de aanduiding 'matig' naar de kwalificatie 'redelijk'.